Een verbindende rol in het oplossen van gezondheidsvraagstukken dichtbij huis. Dat is kort samengevat de opdracht die de universitair medische centra zichzelf hebben opgelegd in het plan 'Onderzoek en Innovatie met en voor de gezonde regio', dat in april 2019 aan minister Bruins van Medische Zorg is overhandigd. Nu maken we de tussenstand op met gezondseconoom Jochen Mierau en Josine van ’t Klooster, kwartiermaker van het UMCG.

“Om de draai te kunnen maken van regulier medisch-wetenschappelijk onderzoek naar preventie, is een totaal andere aanpak nodig”, vertelt Jochen Mierau. “In plaats van een interventie inzetten en uiteindelijk opschalen, kiezen wij voor een kort cyclisch iteratief proces. We brengen het gezondheidslandschap in kaart, herformuleren de missie, ontwikkelen kennis, interveniëren, waarna met evaluatie en monitoring van het gezondheidslandschap de cyclus opnieuw wordt ingezet.” Samen met Josine van ’t Klooster zette hij deze molen in beweging.

Door deze nauwe wisselwerking tussen kennis, beleid en de praktijk is het mogelijk aan actuele vraagstukken rond gezondheid en de inrichting van het gezondheidslandschap te werken. Mierau: “We zetten in op een grote groep waar we een klein effect willen behalen in plaats van op een kleine groep waar heel veel zou moeten veranderen. Het is effectiever als alle Noord-Nederlanders allemaal een glas wijn per dag minder drinken dan dat een alcoholist volledig stopt met drinken.”

Dichtbij huis

Het UMCG richt zich op gezondheidsvraagstukken dichtbij huis. Bij onderzoekers, gemeenten, ziekenhuizen, zorgverzekeraar, inwoners en patiënten is geïnventariseerd wat er leeft. Insteek was niet om het wiel opnieuw uit te vinden, maar bestaande activiteiten in levende netwerken te versnellen. Met als missie ‘meer gezonde jaren’ wordt ingezet op armoedebestrijding, gezonde leefstijl en leefomgeving, verlagen van gezondheidsverschillen door realiseren van gezondheidspotentieel en duurzame beschikbaarheid van zorg en welzijn. Mierau geeft een mooi voorbeeld over wederzijdse beïnvloeding van deze doelen. “De bebouwde omgeving is heel bepalend voor de gezondheid van inwoners van een stad. De implicaties van een snelweg op de gezondheid van mensen duidelijk. Het omleggen van een snelweg is vrijwel onmogelijk, maar met een beetje nadenken kan wel voorkomen worden dat er een sportpark bedoeld voor beweging gebouwd wordt naast de afrit van een snelweg.”

Uniek

Van ’t Klooster: “Het lijkt uniek dat we een nogal breed begrip als armoedebestrijding tot een van onze doelen hebben verheven. Als je echter bedenkt hoeveel gezondheidsverschillen voortkomen uit armoede, dan wordt het een stuk minder bijzonder. Neem bijvoorbeeld in ogenschouw wat de beschikbaarheid en bereikbaarheid van goede voeding en een tocht- en schimmelvrije woning in een betere wijk van de stad voor iemands gezondheid betekenen. De prioriteit van mensen met schulden ligt niet bij gezondheid, maar daar kunnen we in samenwerking met het sociaal domein wel aan werken.”

Derdelijn

Het Noorden is in vergelijking met de regio’s van de andere umc’s relatief overzichtelijk. Het gezondheidslandschap van de provincie Groningen is in kaart gebracht, aan Friesland en Drenthe wordt gewerkt. Rond het UMCG heerst een sfeer van ‘ons kent ons’, men weet waar eenieder ‘naar toe wil’ en het umc heeft een ‘natuurlijke positie’ als regisseur en katalysator, met slagkracht. Ook de umc-artsen, die in de derde lijn werken, zijn ervan overtuigd dat je preventie en leefstijl anders aanpakt dan de reguliere zorg, maar dat ze tevens onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Van ’t Klooster: “We hebben al heel veel artsen “aan boord”. Complexe zorg blijft als zodanig bestaan, maar in het voor- en natraject is er plaats voor leefstijl. Voor de operatie wordt eerst gekeken of er iets veranderd kan worden aan iemands al dan niet gezonde gewoonten om zo fitter de operatie in te gaan. Daarmee wordt niet alleen de kans op complicaties verkleind, maar uiteindelijk ook de kosten gedrukt.”

Uitdaging

Het komende jaar is gericht op het definiëren van concrete projecten en programma’s, een overkoepelende infrastructuur, het beter benutten van data van bijvoorbeeld LifeLines in het kort cyclisch werken ten bate van preventie. Waarbij Mierau aangeeft dat we wellicht wat meer vrijheid moeten nemen met het interpreteren van de AVG in dezen. Hij en Van ’t Klooster zijn trots op de draai in denken die al gemaakt is en dat de regio zich daarvan mede-eigenaar voelt. Iedereen spreekt dezelfde taal. De nodige uitdaging zit in het realiseren van de infrastructuur, het opleveren van werkelijk evidence based preventie en de financiering. Mierau: “De wereld van de onderzoeksubsidies sluit nog onvoldoende aan bij onze andere manier van denken over wetenschappelijk onderzoek.”

Op 16 november 2020 hebben we tijdens de online 'Werkconferentie Onderzoek & Innovatie met en voor de gezonde regio' in vogelvlucht laten zien wat de afgelopen periode in de regio’s is gebeurd én welke acties de komende periode gepland staan. De kwartiermakers uit elke regio en de regionale partners hebben toen hun aanpak en resultaten laten zien aan onder meer het ministerie van VWS.