De umc’s doen veel wetenschappelijk onderzoek naar effectieve preventie. Zo krijgen we meer inzicht in algemene gezondheidsbevordering en in het voorkomen en behandelen van leefstijlgerelateerde aandoeningen.

Hoe belangrijk is optimale zorg in de eerste 1000 dagen van iemands leven? Welke rol speelt genetische aanleg bij bepaalde aandoeningen? Wat is de invloed van omgevingsfactoren, zoals voedsel of luchtkwaliteit? En hoe beïnvloedt de sociale omgeving het rook- of het sportgedrag? De umc’s onderzoeken de effecten daarvan op onze gezondheid. Hieronder geven we een aantal voorbeelden van dergelijke onderzoeken.

Jongeren stimuleren

Jong geleerd is oud gedaan. Hoe kunnen we de jeugd er al toe aanzetten om gezonder te leven? Lifestyle Innovations based on youth's Knowledge and Experience (LIKE) is een vijfjarig onderzoeksproject van Amsterdam UMC, Erasmus MC en Maastricht UMC+. Focus van LIKE: het stimuleren van een gezonde leefstijl (voeding, lichamelijke activiteit, zit- en slaapgedrag) bij jongeren van 10-14 jaar.

Diversiteit

Onder meer laagopgeleiden en migranten lijden vaker en ernstiger aan chronische aandoeningen zoals diabetes, COPD, hart- en vaatziekten, angststoornissen en depressie (bron: Pharos). Mensen met een grote gezondheidsachterstand worden nog onvoldoende bereikt voor deelname aan wetenschappelijk onderzoek. De umc's zoeken naar manieren om die groepen actiever te benaderen.

Daar is bijvoorbeeld HELIUS uit voortgekomen. Dit is een langlopend onderzoek van Amsterdam UMC en de GGD Amsterdam. Hoe komt het dat mensen van Surinaamse afkomst meer kans hebben op diabetes en hoge bloeddruk? Hoe komt het dat we astma vaker zien bij mensen van Turkse of Marokkaanse afkomst? Op dit soort vragen zoekt HELIUS antwoorden. Doel: de medische zorg verbeteren van Amsterdammers met een verschillende afkomst en inzicht krijgen in de oorzaken van gezondheidsverschillen in de multi-etnische bevolking.

Innovaties op basis van data

Nederland heeft een uitstekende uitgangspositie om internationaal koploper te worden in datagedreven (bio)medische innovatie. Daarmee kunnen nieuwe en effectievere oplossingen voor diagnose, behandeling en preventie sneller en goedkoper worden ontwikkeld, getoetst en naar patiënten gebracht. Ons land beschikt over grote hoeveelheden gezondheidsdata van hoge kwaliteit. zoals de data uit cohortstudies van de umc’s. Voor die onderzoeken hebben de umc's veel mensen benaderd en die jarenlang gevolgd.

Bij de studie Generation R, bijvoorbeeld, volgt Erasmus MC al 20 jaar 10.000 Rotterdamse kinderen om de vroege oorzaken te vinden van gezondheid, ziekte en welzijn in het latere leven.

Een andere cohortstudie is Lifelines. Deze data- en biobank is gestart door het UMCG. Hierbinnen wordt gedurende 30 jaar informatie over de gezondheid van drie generaties inwoners (167.000) in drie noordelijke provincies verzameld. Zo wordt onder meer onderzoek naar gezond oud worden mogelijk gemaakt.

Collectieve datastructuur

Voor innovaties in de zorg moeten artsen en onderzoekers data beter kunnen uitwisselen en verbinden voor een gezonde samenleving. Er is een collectieve infrastructuur nodig om die privacy-gevoelige gegevens veilig en gestandaardiseerd te kunnen verwerken en toegankelijk te maken voor hergebruik door zorgprofessionals, onderzoekers en bedrijven.

In het onderzoek Vascular The Hague gebruikt LUMC Campus Den Haag bijvoorbeeld data van ELAN GGDH: de bundeling van gezondheidsdata uit Haagse wijken en sociaal-demografische data van het CBS. Doel van Vascular The Hague: de ziektelast en sterfte door hart- en vaatziekten terugdringen door patiënten met een hoog risico op complicaties al vroeg op te sporen. Ook brengt het onderzoek in kaart welke bevolkingsgroepen hoog risico lopen op hart- en vaatziekten.

Health Research Infrastructure Initiative (Health-RI) is een landelijk platform dat mede door de NFU is opgezet. Het biedt de collectieve infrastructuur om data makkelijk en veilig uit te wisselen. Het verbindt databases namelijk op verantwoorde wijze. Hoogkwalitatieve data uit onder meer cohorten en biobanken van de umc's en andere kennis- en zorginstellingen worden toegankelijk gemaakt voor hergebruik en gedeeld. Bij Health-RI blijven de gegevens zoveel mogelijk lokaal opgeslagen. Ook wordt gekeken naar koppeling met data van andere ziekenhuizen en kennisinstellingen. Denk daarbij aan CBS, landelijke planbureaus als CPB, SCP en PB, en beleidsinstituten als RIVM, Nivel, Vektis, UWV en GGD. Daardoor worden het medische en sociale domein met elkaar verbonden.

Artificiële intelligentie

Artificiële intelligentie (AI) helpt bij de vroege diagnose van aandoeningen en om sneller nieuwe en kosteneffectieve oplossingen te ontwikkelen. Met goed beschikbare data is het mogelijk om grootschalig AI toe te passen in zorg en preventie. AI helpt ook om de complexe relatie tussen genetische data, leefstijl, omgevingsdata, gezondheid en ziekte beter in kaart te brengen. Op die manier draagt AI bij aan de ontwikkeling van nieuwe vormen van preventie, diagnostiek en therapie. Daarvoor is de toegang tot veel gestructureerde data van hoge kwaliteit noodzakelijk. Daar werken de umc’s hard aan. Zij zorgen ook voor een effectieve vertaalslag van AI naar de praktijk. Samen met de Nederlandse AI-coalitie (NL AIC) zetten de umc’s AI in om gerichte keuzes te maken, en versnelling aan te brengen in onderzoek, onderwijs en kennisvalorisatie in en buiten het zorgsysteem.

Een goed voorbeeld van hoe de umc’s AI inzetten voor preventie is LIME (LImburg MEet). Binnen dit project werkt MUMC+ samen met Zuyd Hogeschool en innovatiecommunity Brightlands. LIME ontwikkelt nieuwe meetmethoden voor toepassing in de eerste en tweede lijn. Zo worden apps gerealiseerd op basis van data, zoals de PsyMate en beweegapps. Ook wordt gewerkt aan nieuwe materialen, zoals smart kledingstukken met ingebouwde hartslagsensor.