Medisch academische opleidingen dreigen miljoenen euro’s minder te ontvangen, als er geen compensatie komt voor de herverdeling van de onderwijsgelden die voortkomen uit de adviezen van de commissie Van Rijn. De Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) pleit daarom in aanloop naar het debat over de begroting van OCW in de Tweede Kamer voor een structurele financiële compensatie. Mede vanwege de trage kabinetsformatie hebben de umc’s nu geen duidelijkheid over het beschikbare budget voor de komende jaren. Daarnaast pleit de NFU voor structureel meer investeringen in onderzoek, onderwijs en wetenschap.

In 2019 concludeerde de commissie Van Rijn dat technische universiteiten en in mindere mate de bètafaculteiten meer geld moeten krijgen. Dit gaat ten koste van de alfa, gamma en medische studies. De Minister van OCW volgde de adviezen van de commissie Van Rijn op, maar heeft voor 2020 en 2021 de negatieve effecten hiervan gecompenseerd. De Minister van OCW sprak destijds uit dat het volgende kabinet hier vanaf 2022 nieuw beleid op moet maken. De trage kabinetsformatie heeft ertoe geleid dat er nu geen duidelijkheid is en dat medische studies mogelijk gekort worden vanaf 2022.

Investeer in onderzoek en innovatie voor de toekomst van Nederland

Het huidige macrobudget is voor de universiteiten (waaronder umc’s) niet voldoende voor het onderwijs en de onderzoeksinzet. De wetenschappelijke sector “piept en kraakt”. Daarnaast loopt Nederland achter bij omringende landen die tenminste 3% van het BBP in onderzoek en innovatie te steken. En dat is verstandig. Elke euro die in publiek R&D kapitaal wordt gestoken (zoals onderzoek door kennisinstellingen) rendeert 4 keer. Het is daarom nodig de investeringen in onderzoek en innovatie sterk te doen toenemen, om in Europa bij te blijven als competitieve kenniseconomie.

Wat vraagt de NFU concreet?

  • Een permanente oplossing voor de herverdeling van de “Van Rijn” gelden door deze structureel te compenseren.
  • Volg de aanbevelingen van het PwC-rapport op en maak de inhaalslag mogelijk zodat het macrobudget weer toereikend wordt voor de huidige onderwijs- en onderzoeksinzet.
  • Een concreet en stabiel groeipad om als Nederland te komen tot 3% BBP investeringen in R&D in 2030. Start met €1.5 miljard in onderzoek en innovatie in de komende regeerperiode, zodat een stabiele en langdurige verhoging van investeringen in de publieke kennisbasis ontstaat.